Sydney

We zijn in Sydney aangekomen, een kleine 3 uur vliegen. Voor je het weet ben je er al! Er is ook nog eens 2 uur tijdverschil, dus eigenlijk ben je niet veel tijd kwijt. Je zit alleen ff op het vliegveld... Het is wel een schock, van de heerlijke natuurgebieden en pitoresque steden van NZ naar de massale hoogbouw van wereldstad Sydney. Christchurch is wel groot, maar 'very british' met een kleinschalig gevoel, terwijl Sydney met zijn urban canyons een vepletterende indruk maakt. Bijna New York! Het is ook meteen drukker en hectischer (er wonen in Sydney meer mensen dan op heel NZ) het was ook nog eens Chinees Nieuwjaar, waardoor het verkeer vanaf het vliegveld muurvast zat. Het is al een heel stuk vanaf het vliegveld, maar nu deden we er nog langer over, omdat er straten waren afgesloten voor de festiviteiten. We hebben wel nog naar de optocht gekeken, met lampionen beesten op wagens (net carneval!), dansende chinezen en draken. Chinees nieuwjaar nemen ze hier erg serieus en het wordt GROOTS gevierd! Indrukwekkend.

Australie is ook net even iets warmer dan NZ; je wordt gewoon opgeslokt door de hitte! 35 ipv 25 graden en altijd prikkende zon in je nek. Ik kijk bijna al uit naar de sneeuw thuis volgende week! Nee... Toch maar niet.

Akaroa

Vandaag hebben we toch nog een dag natuur weten in te plannen. s ochtends ben ik echter nog even door het zonovergoten Christchurch gewandeld. Omstreeks 11 uur werd ik door mijn familie in de binnenstad opgepikt en konden we verder rijden naar het Banks Peninsula, een klein uurtje reiden vanuit het stadscentrum van Christchurch. Het Banks Peninsula was vroeger een vulkanisch eiland, of liever gezegd, 2 vulkanen. Na een gigantische uitbarsting, is het eiland echter met het vaste land versmolten zodat het huidige Banks Peninsula kon ontstaan. De vulkanen zijn vandaag de dag niet meer actief en de grote baai in het midden van het schiereiland is dan ook de vroegere krater van de vulkaan. Op een gegeven moment rijd je zelfs over de kraterwand heen. Net als bij Dunedin is het weer opmerkelijk hoe dicht wilde natuur hier in de buurt van stedelijk gebied ligt. Nog geen 50 km rijden en je ziet alleen nog maar ruige natuur en platteland. In tegenstelling tot Otago, heb je vanuit Banks echter geen blik op de stad. Daarvoor licht het gebied te ver af van de stad.

Over het schiereiland rijd je voortdurend door bergen en kraterwanden (op een gegeven moment is er zelfs een gat geslagen in een kraterwand om er een straat door te voeren) Er zijn ontelbare baaien en stranden rond het schiereiland, waar je alleen met 4 Wheel drive naartoe kunt en waar je uren door de ruige natuur kunt wandelen. Wij waren echter beperkt tot de hoofdwegen en de kortere wandelpaden hebben we niet meer gevonden (voor wandelen was de tijd toch al te krap) Toch hebben we op onze weg naar Akaroa, het grootste kustdorpje aan de Akaroa Harbour baai, een paar scenic detours gemaakt langs onverharde wegen, en zijn we op een paar uitkijkpunten gesopt. Vooral vanaf de Port Hills hadden we een werkelijk prachtig uitzicht over de Akaroa baai, met diep blauw water omgeven door vloeiende, groene heuvels, de voormalig kraterwanden van de vulkaan. Het weer zat ook weer heerlijk mee.

Akaroa is de enige plaats in Nieuw Zeeland welke Franse invloed heeft. Oorspronkelijk werd de Akaroa baai rond 1840 ontdekt door een Franse zeevaarder. Hij zag het als een stukje paradijs op aarde en wilde er een Franse kolonie van maken. Hij voer terug naar huis en overtuigde 63 landgenoten om met hem mee terug te reizen om er een nieuw bestaan op te bouwen. Onderweg legden ze echter aan in Auckland, waar een van de kolonisten (vermoedelijk in een dronken bui) opschepte over dit nog niet ontdekte stukje paradijs. Dit bracht een Britse kapitein op het idee ook naar de baai te varen om het voor Engeland te claimen. De schepen vertrokken maar het Franse schip raakte in een storm. Toen de fransen uiteindelijk de baai bereikten zagen ze tot hun grote teleurstelling dat de Union Jack al over de baai wapperde. Toch besloten de kolonisten te blijven en er hun thuis van te maken. En dat is ze goed gelukt, zo blijkt, want vandaag zie je een sterke Franse invloed in het straatbeeld van Akaroa. Niet alleen zijn veel huizen in een bepaalde Franse stijl, maar hebben ook veel straten een Franse naam. Zelfs de sierlijke straatbordjes zouden in Parijs niet misstaan. Het geeft het dorpje een unieke look en een lieflijke uitstraling, al zijn er in NZ vrij veel pittoreske dorpjes aan de zee. Aan de promenade hebben we in de middag nog lekker stevig geluncht op een terrasje.

In Akaroa hebben we een nature cruise door de baai gemaakt op een catamaran. In de baai zie je niet alleen robben en Hector dolfijnen (de kleinste dolfijnen in de wereld), maar ook een subsoort van de kleine blauwe pinguïns, welke alleen in deze streek van de wereld voorkomt. Bijna net zo zeldzaam als de geeloogpenguins dus. Maar volgens onze kapitein moesten we wel onze ogen open houden en goed opletten of we enkele van deze dieren zouden zien. Wij stonden direct voor op de boeg (Marcel zat iets achter ons weer groen te worden) en konden zo goed uitkijk houden voor dolfijnen. En Veronika en ik hebben een paar keer voor alle anderen een dolfijn gespot. Maar eerst voeren we vooral langs de kraterwanden. In een inham in de immense rotswand zij onze kapitein hadden veel pinguïns hun nesten gebouwd. Nu zaten er vooral aalscholvers (op het water lijken ze op het eerste oog ook op zwemmende pinguïns, dus dat zorgde gedurende de dag nog voor verwarring) en het stonk er enorm. Plots dook echter een zwemmende pinguïn naast de boot op, heel dicht bij! Hij zwom even op z´n rug, alsof hij een show voor ons weggaf. Dan was hij plots weer verdwenen. Aan land hebben we geen pinguïns meer gezien. Onze kapitein vertelde dat hij hier vaker vrijwilligerswerk doet, om de pinguïn kolonie voor ongedierte als wezels te beschermen. Een keer is het een wezel echter gelukt om van de rotswand naar beneden in het water te springen (of vallen) heeft de val overleefd is aan land gekropen en heeft de eieren van de halve kolonie opgegeten. Dit was een zware slag voor de kolonie en toont maar weer eens aan wat voor een invloed ingevoerde diersoorten hebben op de inheemse flora en fauna. Na deze korte omweg via de pinguïn grot, gingen we op zoek naar de kleine hector dolfijnen, volgens onze kapitein te herkennen aan een Mickey-Mouse-oor-achtige rugvin. Ik dacht ook eerst; zo zal het er wel niet uit zien, tot dat ik het eerste Mickey Mouse oor spotte. De eerste dolfijnen die we zagen waren een moeder met jong. Ongelooflijk schattig, maar ze bleven wel op afstand. Dus keken we steeds moeizaam op het water om te zien waar ze nu weer opdoken. Op een gegeven moment waren ze weer weg. We voeren nog verder, richting opening naar zee, maar lange tijd zagen we geen dolfijnen meer. Plotseling waren ze echter overal; minstens 10 dieren zwommen langs de boot, onder de boot met ons mee. Ze sprongen niet hoog uit het water, maar doken wel eens met hun rug uit het water om hallo te zeggen zo leek het wel. Erg mooi gezicht, vooral omdat de vinnen zo anders uitzien dan je van de andere soorten dolfijnen gewend bent. En het gaat hier natuurlijk om wilde dolfijnen die vrijwillig een kijkje komen nemen! Deze spanning of je überhaupt dolfijnen gaat zien of dat ze die dag even geen zin hebben, is erg leuk om mee te maken. Maar alleen als je ook daadwerkelijk dolfijnen ziet waarschijnlijk... Marcel zat ondertussen stilletjes en lijkbleek achter ons en had de kamera al lang aan mij doorgegeven. Had hij zijn 'sea legs' pilletjes maar ingenomen! Op de terugweg naar de haven zagen we nog een paar kleine pinguïns langskwamen en werd er hier en daar nog even gestopt om zonnende zeehonden te bekijken. Hier maakte het constante stoppen en schommelen van de bood en de zon die in mijn ogen scheen mij ook even misselijk. Maar vaartwind helpt een boel!

Terug in de haven konden we met onze tickets voor de rondvaart ook Fish and Chips halen bij de lokale visboer. Eerst zijn we echter de straat afgelopen om het stadje iets beter te bekijken. Erg mooi! Mooie houten huizen met kleurrijke voortuinen, winkeltjes met Franse tekst in de etalage, een Ierse kerk (helemaal in het groen!), een immens oorlogsmemoriaal omgeven door palmbomen en enkele historische huizen uit de pionierstijd. Op de terugweg zag ik langs de kust nog een grote meeuw mosselen eten. Grappig, want onze reisleider van de boot had zo net nog verteld hoe deze beesten dit doen; ze pakken een mossel, vliegen de lucht in en laten hem op het steenstrand vallen totdat hij open slaat. Leuk op te zien!

Terug bij Marcel (hij was niet meegelopen) snel de vistent in. Wat een drukte! Immense rij en veel dingen waren zelfs al uitverkocht! De Fish en Chips gelukkig nog niet. Daarbij nog een lekker L&P frisdrank. De vis was niet zo lekker als in Northland (te vet en te veel paneermeel) maar toch een lekkere hap. Ondanks de stevige lunch van die middag ging het er nog goed in. Ook lekker buiten op een bankje zitten, met een grote berg friet en vis op een uitgevouwen papier voor je!

Op de terugweg naar Christchurch kleurde de lucht prachtig roze en paars boven de groene bergen. Over enkele bergen van het schiereiland hingen wolken net als een deken. Een prachtig gezicht. Toen we weer uit de bergen reden, hebben we nog even aan de zee gestopt om de zonsondergang te bekijken. Terug in het motel was het dan tijd om onze koffers in te pakken. De reis door Nieuw-Zeeland heeft haar eindpunt bereikt.

Akaroa, Banks Peninsula

Onze laatste dag in Nieuw zeeland willen we goed besteden en we besluiten om naar Akaroa te gaan, hopelijk zien we wat dolfijnen. Na het ontbijt gaan Daniel en ik eerst nog even de stad in. We spreken om 11u af en Marcel en Veronika komen ons ophalen waarna we gezamelijk verder rijden. De tocht erheen is prachtig, het eerste stuk door Christchurch en daarna door de de heuvels. We maken een aantal stops met prachtige uitkijkpunten. Die krijg je ook bijna niet op de foto zo mooi zijn ze. We boffen met het weer het is zeer zonnig,hopelijk blijft dat ook zo. In Akaroa aangekomen gaan we op zoek naar een terras. We zien iedereen aan de koude witte wijn , daar hadden wij ook wel zin in. Dus daar heerlijk gelunched en daarna onze kaartjes opgehaald die daniel online besteld had. De boot gaat om 15.30. Wij stonden op tijd klaar op de kade bij de boot en toen we in konden checken hebben we een mooi plekje op de boot ingenomen, VOOROP. Ook onze`´ zeeman`´. Wij genoten volop de kapitein vertelde leuke verhalen tijdens de reis. We zagen de de kleine pinguin , iedereen blij, wat zijn ze klein en leuk.

Verderop kwamen ja hoor de dolfijnen, eerst een moeder met haar kind en daarna kwamen er nog meer . Ze doken aan allereli kanten van de boot op en eronderdoor. Ze hadden er echt plezier in. We kwamen ogen tekort. Omdat we dichtbij de open zee waren was de boot aardig aan het schommelen wat niet alle passagiers even leuk vonden. Op de terug weg zagen we nog een paar pinguins het lijken van ver net eenden. Het ging natuurlijk weer veel te snel voorbij.

Terug hebben we eerst nog wat door het dorp gelopen . Het is een leuk plaatsje met een geschiedenis . Het is vooral frans. De eerste fransen die op deze plaats kwamen wilden dit stuk land graag hebben . De kapitein heeft in een dronken bui aan een engelsman verteld wat voor een leuk stuk land hij gevonden had. toen ze de volgende dag terug kwamen waren de engelsen daar ook en claimden dat het hun land was . Na wat geharrewar is het land van de engelsen maar de fransen zijn niet weggegaan . Vandaar nog veel franse namen . Daarna hebben we nog fish en chips gegeten . Toen was het echt tijd om naar huis te gaan . Onderweg nog een stop gemaakt vanr een prachtige zonsondergang .

Wat een mooie afsluiting van Nieuw Zeeland.

Christchurch

Het was gisteren niet eens verstoppertje spelen met de Mount Cook, zoals bij de Mount Taranaki of the Moint Tasman, nee, hier bleef de Mount Cook gewoon helemaal verstopt achter een dik pak wolken. De laag hangende wolken sneden de toppen van alle bergen gewoon af van het zicht. En het regende ook nog eens de hele dag! Gelukkig was het meestal niet meer dan een miezerregen, maar tegen de avond, toen we net de Tasman Gletcher weer afklommen, zagen we de enorme bui over de valei al aankomen. Net toen we in de auto zaten barste het los, en kon je bijna helemaal niets meer zien. De groep amerikaanse jongeren die met ons de rotsen hadden beklommen (in korte broek en T Shirt!), gingen zelfs langs de kant staan. Het regende en waaide nog flink tot laat in de avond, maar ik denk dat dit er wel toe heeft geleid dat de volgende dag het weer dramatisch anders was; zo helder als maar kon! Ik zag het s nachts al, toen je in de hemel alle sterren kon zien. Zo een prachtig weer als we die ochtend hadden zie je niet vaak bij de mount Cook. Door de regen was de top ook nog eens helemaal wit besneeuwd. Helaas was dit onze reisdag, en moesten we verder naar Christchurch. Onderweg wel nog een paar keer gestopt voor wat fotos. Ook bleef de top nog een hele tijd te zien langs onze route.

Naar Christchurch was het in totaal ongeveer 4 uur rijden. Bij ons Motel aangekomen (we hadden gelukkig gereserveerd) konden we rond 2 uur PM de stad in duiken. Veronika en Silvia gingen de talrijke souvenirs winkeltjes (en winkels) in, Marcel ging op een bankje op het Cathedral Square zitten, en ik ging alleen de stad nog eens verkenne. Een paar weken terug ben ik al een dag in Christchurch geweest, na mijn treinreis door de Alpen. Toen ben ik al flink door de stag gelopen en had ik het Artscentre bezocht, dus nu kon ik gewoon een beetje doelloos rondslenteren en wat winkels induiken. Het weer was prachtig, zon en warm. Bij de Mount Cook was het nog koud (11 graden - alvast wennen voor thuis) maar nu was het een prettige 20. s Avonds nog eens lekker NZ lam gegeten in een Ierse Pub. Het was dus een relaxte staddag, in een van de mooiste steden van NZ.

Sud Insel Fotos

New Zealand South Island

Recept voor Twizel prutsel sla

Ingredieenten:

1 zak gemengde sla

1 biologische NZ komkommer

2 tomaten

wat blokjes gemengde (blauwe) kaas, welke over is van een NZ kaasplankje uit Hunter´s Café Twizel

Voor de saus gebruik Griekse yogurth, Pickle Chutney uit de Catlins en een rest barbeque saus.

Serveermet een prutje van abrikozen kip met courgette en kumara aardappelen.

Mount Cook

Alweer de 41e dag van onze reis. Van de week smsjes gekregen dat Sven Kramer goud heeft gewonnen wij natuurlijk ook blij het is hier geloof ik 15 sec in beeld geweest maar toch. De dag erna waren de dames, de 3000 meter, hier was een samenvatting van op tv helaas geen medailles voor onze dames. Nu de afgelopen dag overdenkend met een glaasje Villa Maria, een witte nieuw zeelandse wijn sauvignon blanc Malborough 2009 ( echt heerlijk). Nieuw Zeeland heeft echt lekkere witte wijn, de rode hebben we niet uitgeprobeerd omdat het weer er niet naar was.

Vandaag stond Moont Cook op het programma, we hebben die natuurlijk al gezien vanuit de helikopter en eigenlijk kon dat niet meer overtroffen worden en dat gebeurde dan ook niet vandaag. Voor het eerst deze vakantie zat het weer niet zo mee een beetje bewolking, Mount Cook was gewoon niet te zien. Eerst een bush walk gedaan , niet spectaculair maar lekker, het regende een beetje en dan loop je onder de bomen toch net iets droger. Daarna naar Kea point hier hadden we de hoop op een mooi uitzicht op Mount Cook helaas geen uitzicht op de berg maar het was wel een bijzonder mooi uitzichtspunt, met zicht op een stuk van de gletcher, watervallen,een gletchermeer en de bergen. Even stil geweest daar en genoten van alles om ons heen.

Even iets over de geschiedenis van Mount Cook. Mount COOK is 3764 meter hoog en hierbij de hoogste berg van Nieuw Zeeland. Hij is heilig voor de Ngai Tahustam van het zuidereiland en de maori legende wil dat de berg en de toppen eromheen werden gevormd toen een jongen genaamd Araki, en zijn 3 broers uit de hemel afdaalden om Moeder Aarde te bezoeken in een kano. De kano kapseisde en toen de jongens naar de achterzijde van de boot gingen , veranderden ze in steen in Mount Cook en de omliggnde bergen.

Nog een mooie wandeling naar de hangbrug gemaakt hoog en wiebelig (niet mijn sterkste zijde) maar mooi. Verder nog een wandeling naar Blue Lakes gemaakt die helemaal niet blue was maar gewoon groen wel een mooi uitzichtspunt. Verder omhoog geklommen over dikke gletcher stenen ( dit was weer nier mijn sterkste punt )waar we beloond werden met een prachtig uitzicht over het uiteinde van de Abeltasman gletcher, je kan je niet voorstellen dat deze 600 meter dik is. Het is echt heel indrukwekkend om hierboven te staan en er naar te kijken. In dit gletcher meer drijven ontzettende grote stukken ijs. De gletcher ziet er zwart uit je verwacht wit ijs maar nee het ziet er vies uit. Op weg terug naar beneden zagen we de buien al over de Tasman vallei aankomen, maar pas toen we in de auto zaten barste het echt los.

Op de weg terug naar onshuisjeregende het de hele weg, voor ons de eerste keer in Nieuw Zeeland, zo´n bui. Een lekker prutseltje gegeten met kumara aardappels en kip.

Silvia

Het verhaal van de Mount Cook (Maori Legenden deel 2)

De meest markante en met 3754 meter de hoogste berg van Nieuw Zeeland. In Lord of the Rings werden de Mount Cook en de omliggende bergen gebruikt voor de Vuren van Rohan scene. Volgens onze helicopter piloot bij Fox Gletscher was het de enige scene in de film die geen special effects nodig had; de bergrug was zo perfect.

Door de Maori wordt Mount Cook Aoraki genoemd (ook wel 'Cloud Piercer'), naar een van de zonen van de Hemel Vader. De ontstaansmythe van Aoraki is sterk verbonden met de ontstaansmythe van het gehele zuideiland. Voordat er land was, zo vertelt de legende, trouwde de Hemel Vader (Sky Father) met Moeder Aarde (Earth Mother) Om de nieuwe vrouw van hun vader te begroeten, daalden enkele van de zonen neer op de aarde in een Waka (een canoe) Maar hoe ver ze ook roeiden, ze konden de Moeder niet vinden. Toen ze probeerden terug te keren naar de Hemel, bleek dat de spreuk die hun canoe had doen neerdalen, niet meer werkte. De canoe viel terug in het water, sloeg om en veranderde in steen en aarde en vromde zo het huidige zuideiland. De 4 zonen klommen op de rug van de canoe en veranderden ook in steen, en vormden de huidige bergrug. De oudste zoon, Aoraki, veranderde in de Aoraki/Mount Cook.

Her verhaal is een stuk spannender dan het verhaal van de westerse benoeming; een kapitein noemde de berg naar zijn grote voorbeeld Cook. Ironie wil dat kapitein Cook de berg nooit zelf heeft gezien. Cook heeft vooral het Noordeiland in kaart gebracht. De eerste westerse kapitein die de berg zag, was Abel Tasman in de 17e eeuw. Naar hem is alleen de 2. hoogste berg in de regio benoemd, jawel, de Mount Tasman.
Nadat het gebied rond de berg in de jaren 90 terug in Maori handen viel, kreeg de berg de officiele dubbelnaam Aoraki/Mount Cook, als erkenning van de Maori geschiedenis.